Author Archives: Dorien Hulsman

Pilot ‘Samen Leren Onderzoeken’

In een unieke samenwerking tussen onderwijs en agrarische ondernemers hebben tweedejaarsstudenten Plantenteelt van Vonk in Hoorn deelgenomen aan de pilot ‘Samen Leren Onderzoeken’, een initiatief van het programma Biodivers Perspectief. Het doel: studenten laten werken aan actuele vraagstukken uit de agrarische praktijk en zo natuurinclusieve landbouw bevorderen.​

De pilot is onderdeel van het programma Biodivers Perspectief, dat een inspirerende en stimulerende leeromgeving creëert voor studenten, docenten en ondernemers die natuurinclusief leren belangrijk vinden. Het programma is een samenwerkingsverband tussen bedrijven, organisaties en onderwijsinstellingen, en richt zich op het integreren van natuurinclusieve landbouw in onderwijsprogramma’s.​

De studenten kozen onderzoeksvragen die direct uit de praktijk kwamen, voerden deskresearch uit, bezochten bedrijven en kregen tijdens een zogeheten expertdag eerder dit jaar de kans om hun vragen aan specialisten voor te leggen. Op maandag 14 april deelden zij hun bevindingen aan een jury, bestaande uit Pieter Vlaar (Vertify), Michel Jansen (Greenport Noord-Holland Noord en Vertify) en Rob Brekelmans (Vertify, Fieldlab Bol). Ook de betrokken ondernemers en medestudenten waren hierbij aanwezig.

Praktijkgerichte vraagstukken en inzichten

Negen onderzoeksvragen werden behandeld, variërend van het verhogen van biodiversiteit in kassen tot het economisch rendabel maken van biologische teelt. Enkele opvallende resultaten:​

Toekomstperspectief

De pilot heeft niet alleen waardevolle inzichten opgeleverd voor de deelnemende bedrijven, ook de studenten kregen een realistisch beeld van de uitdagingen in de agrarische sector. Projectleider Marrit Rijkmans ziet de pilot als een succes en pleit voor voortzetting onder de vlag van Greenchain NH, waarbij naar alle waarschijnlijkheid ook het HBO onderwijs betrokken wordt. Dit sluit aan bij de ambitie om natuurinclusieve landbouw verder te integreren in het onderwijs en de samenwerking tussen onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven te versterken.​

Om de band met de praktijk te versterken zou het volgens docent Plantenteelt Marga van der Meer goed zijn om een ‘pool’ van ondernemers te organiseren die met Samen Leren Onderzoeken aan de slag willen. Voor agrarische ondernemers biedt deze aanpak kansen om samen met jonge professionals te werken aan duurzame en innovatieve oplossingen voor de toekomst van de landbouw.

De rijksoverheid en een groot aantal provincies zetten via allerlei initiatieven in op het thema korte voorzieningsketens (regionale voedselvoorziening), zowel in het kader van een vitaal platteland als ter versterking van de verbinding boer–burger en het verbeteren van het verdienvermogen van de boer. Met de toenemende beleidsinzet neemt ook de behoefte toe aan inzicht. Het Ministerie van LVVN heeft Wageningen Economic Research daarom gevraagd om een update te geven van de landelijke nulmeting korte ketens.  

Bron: BoerBusinessInBalans

Het doel van deze opdracht is om nauwkeurig inzicht te verschaffen in de situatie en ontwikkelingen van het aantal agrarische bedrijven dat een deel van de productie afzet via korte ketens op basis van de cijfers uit de Landbouwtelling 2023 en deze te vergelijken met eerdere cijfers uit 2020 en waar mogelijk 2017.

In welke sectoren en in welke regio’s slaan korte ketens aan, waar liggen knelpunten en daarmee aandachtspunten voor beleid en markt? Wat is de dynamiek door de jaren heen, neemt het aandeel van de omzet via korte ketens in de totale omzet van agrariërs toe? Is er een verband tussen deelname in de korte keten en economische prestaties? Dat lees je in dit rapport.

Relatie met bedrijfstype

De bedrijfstypen met het hoogste aantal korteketenbedrijven zijn overig graasdierhouderij, overig tuinbouw en melkveehouderij. Het aandeel korteketenbedrijven binnen het totaal aantal bedrijven per bedrijfstype is het hoogst bij de bedrijfstypen leghennenhouderij, blijvende teelt en overige tuinbouw. De aanwezigheid van relatief veel korteketenbedrijven binnen een bedrijfstype heeft sterk te maken met het feit dat er geen of nauwelijks bewerking nodig is voordat het product aan de eindconsument kan worden verkocht. Dit geldt in sterke mate voor eieren en fruit, maar ook voor bijvoorbeeld meerdere groenten, planten en bloemen.

Relatie met multifunctionele landbouw

In Nederland is er een sterke relatie tussen de afzet van agrarische producten via een korte keten en de aanwezigheid van multifunctionele activiteiten op bedrijven. Ongeveer 15,8% van het totaal aantal primaire agrarische bedrijven in Nederland zet een deel van hun producten af via een korte keten. Deze bedrijven zijn vaak betrokken bij andere activiteiten: In 2023 zette bijna 35% van het totaal aantal bedrijven met agrotoerisme hun producten via een korte keten af. Bij zorgboerderijen was dit meer dan een derde, en bij bedrijven die aan educatie doen, zelfs 47%. Bedrijven met overige multifunctionele activiteiten, zoals opwekking van duurzame energie, agrarisch natuurbeheer en stalling, hadden een afzet via korte keten van tussen de 17 en 19%. Bedrijven die zelf producten verwerken, verkopen deze veelal direct aan de consument (88%). Het aandeel van agrarische kinderopvang dat via een korte keten levert, steeg met 10 procentpunten naar 24% sinds 2020. Agrotoerismebedrijven zagen een stijging van 5 procentpunten, terwijl boerderijeducatie een groei van 3,7 procentpunten kende in dezelfde periode.

Relatie met bio

Van de 2.012 primaire agrarische bedrijven die in de Landbouwtelling 2023 hebben aangegeven een biologisch bedrijf te zijn zet bijna 40% van de bedrijven voedsel- en/ of sierteeltproducten af via geen of 1 tussenschakel tussen producent en consument (tabel 2.9). Op de bedrijven met een gangbare productiewijze is dit duidelijk minder: circa 15%. Het aandeel korte ketens in de biologische landbouw is dus bijna 3 keer zo hoog. Tussen 2017 en 2023 is het aantal biologische bedrijven in Nederland met 400 toegenomen tot ongeveer 2.010 bedrijven.

Wat is de beste boerderijwinkel van Nederland? Vanaf vandaag is het mogelijk om jouw favoriete boerderijwinkel, stalletje, melktap, automaat, imkerij, kwekerij of boomgaard te nomineren voor de Nationale Boerderijwinkel Awards 2025.

Bron: LTO Noord 

Met bijna 600 miljoen euro groeit de jaarlijkse totaalomzet van boerderijwinkels in Nederland als kool. Ondertussen telt Nederland ruim 3.800 boerderijwinkels. Het aanbod en assortiment breiden steeds verder uit. Hoog tijd om de boerderijwinkel in het zonnetje te zetten. Daarom organiseren ZLTO, Lekkerder bij de Boer en LTO Noord de Nationale Boerderijwinkel Awards 2025.

Ben jij ook zo dol op smakelijke en lokale producten vers van het land? Of het nu gaat om de sappigste appels, de lekkerste kazen of vers vlees van dichtbij: de boerderijwinkel biedt voor ieder wat wils. In de winkel beleef je het eerlijke en echte verhaal van de boer. Heb jij een favoriete boerderijwinkel in de buurt? Of gun jij het een boerderijwinkel elders in Nederland om te winnen? Vanaf deze week is het mogelijk om je favoriete boerderijwinkel of stalletje, melktap, boerderijautomaat, imkerij, kwekerij of boomgaard te nomineren voor deze nieuwe prijs.

Rechtstreeks bij de boer

De verkiezing richt zich speciaal op verkooppunten waar consumenten rechtstreeks bij de boer hun producten kopen. Van boerderijwinkels tot kleine kraampjes langs de weg; ieder verkooppunt dat zich inzet voor lokaal, eerlijk en vers voedsel maakt kans in de strijd om de Nationale Boerdijwinkel Awards.

ZLTO en LTO Noord ondersteunen dit initiatief van harte, omdat het bijdraagt aan een toekomstbestendige landbouw en een sterke lokale voedselketen. Beide organisaties zien directe verkoop als een belangrijke schakel in de toekomst van onze voedselvoorziening. Ze benadrukken dat dit soort initiatieven bijdragen aan een sterker verdienmodel voor boeren, meer waardering voor vakmanschap én een hechtere band tussen boeren en burgers. Lekkerder bij de Boer is het grootste platform van Nederland voor directe verkoop van boer naar consument, met meer dan tweeduizend aangesloten verkooppunten.

Nomineren van Boerderijwinkels kan tot en met 21 april 2025. Daarna wordt er gestemd op de top 10. De winnaar van deze verkiezing wordt bekendgemaakt op 14 mei. Voor meer info: lekkerder.nl/awards.

De Nederlandse consument vindt vanaf 2025 vriesverse edamame bonen van eigen bodem in de ruim 700 winkels van Jumbo in Nederland en België. Dit is het resultaat van de samenwerking tussen de supermarktketen en Nederlandse boeren. Het partnerschap start vandaag en wordt gestimuleerd vanuit Plant Protein Forward, een initiatief van Foodvalley NL, Rabobank en het Interprovinciaal Eiwitoverleg. Edamame, een verse sojavariant, is van oorsprong een Aziatische boon en komt vaak terug in gerechten als poké bowls, maaltijdsalades en wraps. Meer en meer Nederlandse consumenten vallen voor de friszoete, nootachtige smaak en de hoge voedingswaarde: edamame zit vol eiwitten, vezels, vitamines en mineralen. De toenemende marktvraag maakt de teelt van de sojaboon ook voor Nederlandse boeren interessant. Mede dankzij de stimulans van Plant Protein Forward wordt het aantrekkelijker voor meer boeren om ook edamame te gaan telen. Plant Protein Forward wil de Nederlandse afzetmarkt voor eiwitrijke gewassen van eigen bodem vergroten.

Bron: BoerBusinessInBalans 

Duurzame boon in de schappen

De Nederlandse edamame is duurzamer dan het Aziatische alternatief. Dit komt niet eens zozeer door de verminderde CO₂-uitstoot vanwege korter vervoer. In Azië gaat de teelt van de edamame boon helaas gepaard met ontbossing en hoog pesticidegebruik. Dat doen Nederlandse edamame boeren anders. En met dit initiatief dragen we bij aan het vergroten van de afzetmarkt voor Nederlandse boeren. Ton van den Hoek, inkoop AGF bij Jumbo Supermarkten: “We zijn dan ook supertrots dat we als een van de grootste supermarktketens als eerste in Nederland vriesverse edamame boontjes van Nederlandse oorsprong kunnen aanbieden. We kunnen daardoor een hele grote groep klanten in onze winkels in Nederland en België enthousiast maken voor deze smaakvolle groene krachtpatser, die bovendien bijdraagt aan een eiwitrijk en plantaardig eetpatroon.”

Mogelijkheid van grotere oogst

Nederland is een uitstekende plek om bepaalde varianten van de sojaboon te telen, blijkt uit het onlangs gepresenteerde rapport ‘Proeftuin Dutch Edamame’. Hierin staan ervaringen met verschillende edamame-rassen en teeltomstandigheden. Dankzij de samenwerking met Jumbo – die zowel goede afzet als een eerlijke prijs garandeert – krijgen Nederlandse telers van edamame straks meer financiële stabiliteit. Daardoor kunnen ze investeren in technologie en landbouwpraktijken om hun oogst verder te vergroten en de verschillen in opbrengst uit hun velden te verkleinen.

Biodiverse en vruchtbare velden

“De edamame boon die ik verbouw, kan al in september worden geoogst”, vertelt akkerbouwer Harry Schreuder, één van de Flevolandse ketenpartners die meewerkten aan het rapport. “Dat past goed in mijn bouwplan. Bovendien maakt edamame dit bouwplan duurzamer.” De boon is namelijk een ‘vlinderbloemig gewas’, legt hij uit. “Hiermee vergroot ik de biodiversiteit. Daarnaast bindt het gewas stikstof en dat is goed voor de bodemvruchtbaarheid. Dankzij edamame heb ik minder kunstmest nodig, ook voor andere gewassen die ik later op hetzelfde perceel teel, zoals aardappelen, uien, tarwe, suikerbiet en peterselie.”

Meerwaarde via ketenversterker

Het officiële startsein voor de samenwerking tussen Jumbo en Nederlandse edamame telers klonk vandaag op Schreuders boerderij. Ook Wouter Staal was daarbij aanwezig. Deze duurzaamheidsadviseur speelde een belangrijke rol bij de totstandkoming van die samenwerking. “Via Plant Protein Forward zet ik me als ‘ketenversterker’ in om edamame-boeren – op hun verzoek – te helpen de afzet van hun sojaboon te vergroten. Mijn ervaring met food retail en de verduurzaming van bedrijfsketens vulde de kennis van telers als Harry naadloos aan. Zo lukte het ons om de meerwaarde van de Nederlandse edamame boon heel tastbaar te maken voor Jumbo.”

Ook lupine- en veldbonenmeel

Plant Protein Forward wil boeren de komende jaren blijven ondersteunen. Zowel bij hun opschaling en professionalisering als bij het stimuleren van hun afzetmarkt. Daarbij gaat het niet alleen om de Nederlandse edamame-keten, maar ook om minstens vijf andere eiwitrijke gewassen. Ketenversterkers zijn hiermee aan de slag om grote Nederlandse afnemers ook te interesseren in lupine- en veldbonenmeel van eigen bodem. Plant Protein Forward hoopt dat het edamame-voorbeeld daarbij navolging krijgt; dat iedereen ook in die ketens commercie en duurzaamheid hand in hand laat gaan.