Wat goed is, hoeft niet van ver te komen

Ik maak wekelijks een rondje door de supermarkt. Het is voor mij als een kleine speurtocht, want wat neem ik mee en wat laat ik liggen? Je kijkt er je ogen uit; de meest felgekleurde uitheemse vruchten en exotische groentes lachen je toe vanuit de schappen – en dat halverwege de winter. Helaas realiseert niet iedereen zich wat er allemaal in werking gezet wordt om deze verre producten in onze supermarkten te krijgen. Duurzaam is deze wereldreis in ieder geval niet.

Kijk bijvoorbeeld naar de avocado. Dit ‘groene goud’ is inmiddels zo populair dat in Chili bossen worden gekapt om de vrucht te verbouwen. Daarnaast zijn het enorme waterverbruikers; volgens het Voedingscentrum is er 2.000 liter water nodig voor één kilo avocado’s. Ook quinoa, de bekende superfood, is hier een goed voorbeeld van. Wat vroeger basisvoedsel was in het land van origine, Bolivia, is inmiddels zo populair dat de Bolivianen het niet meer kunnen betalen. Alle productie wordt geëxporteerd naar rijkere landen, wat ook nog enorme verkeersstromen met zich meebrengt. Terwijl quinoa prima lokaal te telen is – in de Beemster gebeurt het al!

Ik ben zelf dan ook sterk aanhanger van het motto: ‘wat goed is, hoeft niet van ver te komen.’ De akkers en weilanden van de Beemster voeden al sinds de Gouden Eeuw de monden van de stad en de regio – en met dit initiatief vanuit de MRA willen we dit nog veel beter benutten. We kunnen al jaren in ons eigen voedsel voorzien binnen de MRA, maar de consument lijkt nog weinig oog te hebben voor onze eigen kwaliteiten. Dat terwijl onze lokale boeren en bedrijven zulke overheerlijke producten recht onder onze neus aanbieden. Ikzelf koop dan ook al jaren alleen het Nederlandse product – buitenlandse appels, kiwi’s of avocado’s laat ik steevast liggen. Niet alleen om een warm hart toe te dragen aan onze voedsellandschappen, maar ook omdat je wéét dat het goed zit. In Nederland is er een strenge wetgeving rondom de verkoop van voedselwaren, dus onze lokale producten voldoen aan een hoge standaard. Een fijne gedachte!

Bewust zijn van de inhoud van je boodschappentas is niet altijd gemakkelijk, maar elke stap in de goede richting is er één. Een bezoekje aan de lokale markt of een kleine check op het etiket kan al een hoop doen. Ook seizoensgebonden kopen is een goede zet; haal tuinbonen in het voorjaar, witlof en boerenkool in de winter, en vul de fruitmand in september met appels en peren. En eerlijk, die Hollandse aardbeien zijn het wachten tot de zomer honderd procent waard.

Joyce van Beek